Een nieuwe editie van de tuinvlindertelling staat voor de deur. Komend weekend kunnen geïnteresseerden een kwartiertje of meerdere kwartiertjes vlinders tellen in de tuin of op het balkon. De gegevens die ieder jaar opnieuw verzameld worden, schetsen een beeld van de situatie van de dagvlinders in ons land en dragen bij aan een betere bescherming.

Bij de tuintellingen gaat het exclusief om het tellen van dieren in de tuin. Dat heeft zin omdat tuinen een steeds belangrijkere leefomgeving worden voor de dieren, volgens projectleider en vlinderkenner Ineke Radstaat.

Meedoen

Kies een zonnig moment om vlinders te tellen. Dagvlinders zijn vooral tussen elf uur 's ochtends en drie uur 's middags actief. Wordt het warmer dan 25 graden, dan kun je beter wat vroeger of wat later tellen. Maak een rondje door de tuin en noteer hoeveel vlinders je ziet. Deze herkenningskaart helpt bij het vaststellen van de vlindersoorten die je ziet vliegen. Bezoek de website van de Vlinderstichting voor uitgebreide instructies.

Eerdere uitkomsten

Tijdens de telling van vorig jaar waren de atalanta, de dagpauwoog en het kleine koolwitje de meest gestelde vlinders in ons land én in Drenthe. De hekkensluiters van de Drentse top tien weken wel af: het koevinkje, het bont zandoogje en de gehakkelde aurelia. Opvallende waarnemingen in onze provincie waren de koninginnenpage, een soort die eerder niet zo noordelijke voorkwam, de kolibrievlinder en de eikenpage.

Lees ook:

• Vooral in laatste week tuinvlindertelling veel vlinders geteld
• Vlinders te vroeg wakker door hoge temperatuur
• Een kwart miljoen tuintellingen in minder dan vijf jaar