De grote weerschijnvlinder vliegt weer

Dinsdag 07 Juli 2020
  • Naargelang de invalshoek van het zonlicht krijgen de vleugels van de grote weerschijnvlinder een blauwe glans (Rechten: Saxifraga/Ab H. Baas)

Hoog in de bomen zijn de poppen van de grote weerschijnvlinder uitgekomen. Eind juni, begin juli laten de eerste vlinders van de nieuwe generatie zich zien. Ze voeden zich met honingdauw en het sap van bloedende bomen.

De mannetjes komen 's ochtends naar beneden om een geschikt territorium te zoeken. Vaak ligt dat in de buurt van een hoge boom aan de bosrand. 's Middags vliegen de vrouwtjes naar die plek waar ze de mannetjes ontmoeten om te paren.

Extra zout

Behalve sperma geeft het mannetje tijdens de paring ook zout mee. Daardoor ontwikkelen de eitjes zich beter. Om zelf genoeg zout binnen te krijgen, likken de mannetjes aan wegen, aan sap van kadavers en soms zelfs aan bezwete mensen.

Geschikte plek

Op het zonnigste moment van de dag zet het vrouwtje haar eitjes hoog in de boom af. Alleen oude blaadjes van een wilgenboom komen daarvoor in aanmerking. Bovendien zoekt ze een warm en vochtig plekje. Een geschikte wilg staat daarom op een zonnige en beschutte plek.

Welkom terug

Tot voor kort was deze dagvlinder zeldzaam maar sinds de eeuwwisseling is de vlinder aan een opmars bezig. Op de nieuwe Rode Lijst voor vlinders die vorig jaar gepresenteerd werd, komt hij niet meer voor. Eind juni werd de vlinder al op meerdere plekken in Drenthe gezien.

Opvallend

De grote weerschijnvlinder is een forse vlinder met een voorvleugellengte van 31 tot 40 millimeter. Vooral het mannetje valt op. In het zonlicht licht de bovenkant van zijn vleugels blauw op. De vleugels van het vrouwtje zijn bruin en verkleuren niet.

Op zoek

Wil je deze bijzondere vlinder met eigen ogen zien? Zoek dan naar open plekken bij bospaden of aan de bosrand van oude loofbossen. Waarnemingen kun je doorgeven op de website van waarneming.nl.

Lees ook:

Contact
opnemen