Nergens wordt zoveel gevogeld als in Drenthe

Zaterdag 18 April 2020
  • Huismussen in de tuin (Rechten: Pixabay)

Nergens in Nederland wordt zo fanatiek meegedaan aan vogeltellingen als in Drenthe. Niet dat we met zijn allen trouw achter het raam zitten om de vogels waar te nemen en door te geven, maar acht op de duizend mensen doet dat wel. Meer dan in andere provincies.

Dat geldt niet alleen voor de Nationale Vogeltelling van de Vogelbescherming, het is ook zo bij de Jaarrond Vogeltelling.

Huismussen volop

De Volkskrant dook in de cijfers omdat veel mensen in de coronacrisis ook huismussen zijn geworden en meer kijken naar de vogels in hun tuin.

Maar zo werd dus duidelijk dat tijdens de vogeltelling acht op de duizend inwoners van Drenthe meedoet. Dat is bijna twee keer zoveel als in Zuid-Holland, waar 4,1 op de duizend wordt gehaald. Friesland doet ook nog leuk mee (6,8 per duizend inwoners), de rest van het land volgt op gepaste afstand.

Per teller zien de Drenten ook meer vogels: 23, tegenover bijvoorbeeld 15 in Utrecht. Maar, constateert de krant, dat is niet zo vreemd. In Drenthe hebben veel meer mensen een vrijstaand huis met een tuin - en dus ook vogels. Op een balkonnetje van een Utrechtse of Amsterdamse flat zie je nou eenmaal minder vogels.

Baat bij de crisis?

De vraag waar de krant zich in eerste instantie op stortte: hebben vogels baat bij de crisis? Dat lijkt wel zo, omdat er minder verkeer is op de weg en in de lucht. Er is ook minder CO2-uitstoot.

Maar van de andere kant: het Brabants Landschap is bang dat er door de coronamaatregelen te weinig vrijwilligers zijn om nesten van weidevogels te markeren. Boeren kunnen de nesten bij het maaien dan niet goed ontwijken, en zo kunnen de weidevogels toch het kind van de rekening worden.

Voor de tuinvogels zijn het mogelijk wel goede tijden. En voor tuin- en tuinvogelliefhebbers ook. Voor de nieuwelingen op dit terrein: op de ROEG!-site vindt u meer over tuinen en tuinvogels.

Lees ook:

Contact
opnemen