Natuurliefhebbers trekken eropuit in Mollenweekend: 50.000 molshopen geteld

Woensdag 12 Februari 2020
  • Een veld vol molshopen (Rechten: Erik Korsten)

Tijdens het voorbije Mollenweekend hebben vijfduizend mensen in totaal ruim vijftigduizend molshopen in ons land waargenomen en laten registreren. De Zoogdiervereniging was blij verrast met die cijfers, omdat er vorig jaar nog tienduizend molshopen minder werden geteld.

En dus is Elze Polman van de Zoogdiervereniging blij met de ontwikkeling van het Mollenweekend, dat vorig jaar de eerste editie kende. "We zijn heel tevreden met de aandacht die er is voor de mol. Zowel regionaal als landelijk is er veel aandacht aan besteed", laat ze weten.

Naast de Zoogdiervereniging riepen ook Vroege Vogels, Natuurpunt en Jaarrond Tuintelling iedereen op om mollen(sporen) door te geven. Mensen uit alle delen van het land gaven hier gehoor aan. Uit onze provincie zijn er geen precieze cijfers bekend van het aantal molshopen.

Verspreiding van de mol in kaart brengen

Door de molshopen te tellen, wordt geprobeerd om in kaart te brengen hoe mollen zich verspreiden. Tot nu toe is er weinig bekend over hoe het ondergrondse zoogdiertje zich beweegt. Het Mollenweekend kan daar verandering in brengen. De data zeggen overigens niks over het aantal mollen in een gebied. Eén mol kan namelijk tientallen molshopen maken. De data kunnen wel iets zeggen over in welke gebieden mollen voorkomen.

Hoewel de verspreiding van de mollen nog niet helemaal duidelijk is, kwamen er tijdens het Mollenweekend wel andere bijzondere dingen aan het licht. "Zo zijn er op de Waddeneilanden geen molshopen waargenomen", constateerde Polman. Ook werden er relatief weinig molshopen geteld in steden. Dichte bestrating en bebouwing kunnen ervoor zorgen dat mollen zich hier minder snel laten zien.

Derde Mollenweekend

Volgens Polman komt er volgend jaar weer een Mollenweekend. Zo kan er bekeken worden of er een patroon in het verspreidingsgebied te zien is en kan er onderzoek gedaan worden naar waarom mollen ergens juist wel of niet voorkomen.

Contact
opnemen