Opstijgen en wegvliegen. Gewoon op vakantie en zorgeloos de landsgrenzen over. Tijdens de eerste lockdown keek Kim Veenman uit Vries verlangend naar de vleugels van de vogels. Hoe zou het zijn om te vliegen? Met deze vraag ging ze aan het werk. Een jaar later ligt haar eerste prentenboek in de boekenwinkel.
"De lucht was leeg, er waren geen vliegtuigen. Ik zag overal ganzen, die hebben wél verre oorden gezien...", zegt ze. Een jaar geleden, tijdens de eerste lockdown, keek Veenman met verwondering naar de vliegende dieren. "Het gevoel van vrijheid. Hoe voelt het om letterlijk 'vogelvrij' te zijn? En hoe zien vliegende dieren de wereld?"
Bloemen worden junglebomen
In 'Ik vlieg' geeft ze antwoord op die vragen. In kleurrijke illustraties kijk je vanuit de ogen van onder andere een libel en hommel naar de natuur. "Vanuit de ogen van een hommel zijn bloemen mega junglebomen", lacht Veenman. "In het boek verplaats je je in vliegende dieren. Ik kwam daarbij zoveel leuke weetjes over de dieren tegen, dat die ook een plek in het boek hebben gekregen."Het blijft niet bij lezen alleen, Veenman heeft ook een paar doe-tips op haar site gezet.
Veenman is van oorsprong bioloog, maar heeft inmiddels het schrijven en illustreren boven natuuronderzoek verkozen. Een tweede boek is in de maak. Veel wil ze nog niet verklappen, maar ook in dit boek is de natuur het belangrijkste thema.